Natuur inclusief onderhoud
Op 14 oktober heb ik een webinar mogen geven tijdens de nationale groenweek . Dat was een hele eer en belangrijk om mijn boodschap op dit platform te kunnen brengen. Immers naast natuur inclusief bouwen en inrichten is er in de stad natuurlijk ook natuur inclusief onderhoud nodig. De boodschap die ik probeer over te brengen is in eerste instantie richting gemeenten en professionals in het groen, schoon en welzijn. Ter illustratie is er een filmpje gemaakt op Park 1943 waar ik onze werkmethode en visie uitleg. Dat is precies de doelgroep tijdens de nationale groenweek, georganiseerd door stichting Steenbreek, VNG en Vakblad Groen.
Tuinteam Bloemhof - Oleanderplein
Na afloop kreeg ik vooral positieve reacties. Ik ben dan ook erg benieuwd of er gemeenten of professionals zijn die onze aanpak die we stadsgeneeskunde hebben gedoopt ook daadwerkelijk willen implementeren. Want dat is de enige weg om het verder te ontwikkelen, de gemeente is eindverantwoordelijke en professionals samen met vrijwilligers/deelnemers en bewoners moeten het uitvoeren. Onze ervaring in onze inmiddels 20 jarige praktijk is dat het heel goed werkt, maar dat het bijzonder lastig is om de lopende praktijk te veranderen. Dat proberen we hier in Rotterdam te doen via het right to Challenge. Dit gaat traag maar gestaag.
De Rotterdamse Rekenkamer heeft 15 oktober een rapport ‘Burgers op de Bres’ gepubliceerd over hoe de gemeente omgaat met burgerinitiatieven en hoe de ondersteuning is georganiseerd. Een van onze trajecten op Zuid is ook onderzocht.
Een van de belangrijkste conclusies is dat burgers of sociale ondernemers zich vaak niet serieus genomen voelen door de gemeente. Dat is zeer herkenbaar. We zijn nu drie jaar onderweg in ons Right to Challenge traject en we zouden graag uitbreiden en opschalen. Ons traject is inmiddels ruim genoeg om te kunnen overleven, maar te klein om te kunnen groeien. Toch hebben we heel wat bereikt en heb ik er vertrouwen in dat het uiteindelijk wel gaat lukken. Het is een zeer logische gedachte het onderhoud anders te organiseren. De vraag is alleen; hoe doe je dat? In de aanloop naar het webinar heb ik er twee blogs over geschreven. 'Geef stadsnatuur de ruimte' en 'Onderhoud is wel sexy'.
Ik zal in deze blog het basisidee van stadsgeneeskunde en de fondsvorm zo goed mogelijk trachten uit te leggen. De stad is te zien als een complex samenspel tussen mensen, planten en dieren. Je zou dit een ecologisch-sociaal samenspel kunnen noemen, dat het ongrijpbare deel van de stad vormt. Alle ontmoetingen, indrukken en gebeurtenissen vormen je impressie van een stad. Dat zijn de gebouwen, maar vooral ook het kleinschalige op straat- en wijk-niveau. Dat is waar kinderen spelen, opgroeien, maar ook dieren en planten.
Het idee achter stadsgeneeskunde is dat stadsnatuur in haar breedste betekenis dit eco-sociale samenspel omvat en als substraat dient. En dat dit samenspel in de infrastructurele en planmatige aanpak van een stad dient te worden meegenomen, omdat dit meer dan al het overige de leefomgeving van een stad bepaalt.
Dit betekent dat niet het ontwerp, maar juist het dagelijks onderhoud de wezenlijke basis vormt voor ontwikkeling. Waar eerst het onderhoud het ontwerp volgt, zou bij het ontwerp al met het onderhoud (de dagelijkse interactie) rekening gehouden moeten worden. Planten en dieren hebben een plek nodig en in een stad is die onvermijdelijk tussen de mensen. Juist het dagelijks onderhoud zorgt voor de harmonische verbinding tussen mensen en de omringende natuur. Hier ligt dan ook de mogelijkheid om dit samenspel, onze stadsnatuur voor ons te laten werken. Het dagelijks onderhoud wordt een ontwikkelingsfonds met uitvoering(!) waarin zoveel mogelijk mensen en organisaties kunnen participeren. Hierdoor bereik je als overheid een heleboel beleidsdoelstellingen integraal en duurzaam. Door de leefomgeving in een wijk groener, gezonder en gezelliger te maken bevorder je zowel de biodiversiteit, als de waterhuishouding, klimaatadaptatie, sociale cohesie, veiligheid en de gezondheid. Dit begint bij het schoon- en groenonderhoud anders te organiseren tegen dezelfde kosten. Decentraal en met vakkennis in de uitvoering. Creatief Beheer doet dit met een nieuwe beroepsgroep de Tuinman(m/v). Een Tuinman of -vrouw heeft voldoende kennis en kunde om de taken uit voeren, daarbij geholpen door deelnemers (vrijwilligers) en bewoners.
Het startpunt is een takenpakket uit het schoon en groen in een wijk met het bijbehorende budget. Dit willen we gebruiken als basisinleg van een fonds, het ‘Stadsgeneeskunde fonds’. Hiervoor worden de taken uitgevoerd. Om dit goed te kunnen doen, het hele jaar rond en met voldoende mankracht, is een minimum-budget van € 100.000,- noodzakelijk. Door voldoende aanwezigheid en vakmanschap in de uitvoering kunnen we het gebied en de participatie gestaag uitbreiden.
Een groene en schone omgeving zorgt voor een verbeterde gezondheid van bewoners en een hogere waarde in het vastgoed. Het maatschappelijk rendement van de aanpak valt op verschillende terreinen en de gemeente is hier slechts indirecte baathouder. Zorgverzekeraars zijn gebaat bij een daling van de zorgkosten en vastgoedeigenaren en projectontwikkelaars bij de stijging van de vastgoedwaarde. De klimaatadaptatie en de biodiversiteitstoename komen iedereen ten goede en worden algemeen gezien als enkele van de meest urgente uitdagingen van deze tijd. Door de fondsvorm kunnen derden investeren in het wijkfonds en zo de waardecreatie vergroten waar ze zelf baat bij hebben. Het fonds garandeert en bewaakt de generale doelstelling: een gezonde leefomgeving in de wijk.
Omdat de taken groen en schoon nog steeds worden verricht, is het risico van de investering voor de gemeente niet erg hoog. Het maatschappelijk rendement als het werkt, is echter wel hoog en groeit duurzaam voor iedereen zichtbaar in de buitenruimte: groen, gezond en gezellig.
Comentarios